donderdag 28 juni 2012

The Kenny Wayne Shepherd Band - How I Go (2011)

Kenny Wayne Shepherd is een bijzonder goede gitarist en dat bewijst hij op dit album. Opnieuw maakt hij gebruik van zanger Noah Hunt en dit blijkt een uitstekende combinatie. Wie van stevig gitaarwerk houdt, zowel gericht op blues en rock komt met dit album zeker aan zijn/haar trekken. 


Shepherd waagt zich op deze plaat ook aan enkele covers, waaronder "Yer Blues" van The Beatles en "Oh, Pretty Woman" die natuurlijk al door meerdere artiesten is gecovered. Voor beide nummers geldt dat hij redelijk dicht in de buurt van het orgineel is gebleven, los van het feit dat de gitaren uiteraard prominent aanwezig zijn. 


Beide nummers doen daardoor steviger aan dan de versies van respectievelijk The Beatles en bijvoorbeeld Albert King. Met name in "Oh Pretty Woman" trekt hij de gitaar trucendoos vol open met een funky versie met veel gebruik van zijn wah-wah pedaal. Het swingt behoorlijk, maar voegt niet veel toe aan het origineel, anders dat het genieten is van Shepherd's vakmanschap met zes snaren. Wel is het leuk om weer eens een andere stevige versie van dit nummer te horen dan die van wijlen Gary Moore.

Persoonlijk krijg ik het gevoel dat Shepherd moeilijk een keuze kan maken tussen blues, rock (en misschien zelfs pop). Het is hierdoor wel een divers album geworden, maar is daardoor ook niet echt consistent. Dit maakt "How I Go" geen slechte of matige plaat, het is een zeer genietbare plaat geworden dat kwalitatief boven het maaiveld uitsteekt. Voor mij bewijst Shepherd zijn klasse als hij wat meer gas terugneemt, of zich meer richt op de blues. Op die momenten laat hij zijn Fender huilen en laat hij zijn klasse horen en bewijst hij dat hij de blues begrijpt. Goede voorbeelden hiervan zijn "Dark Side of Love", "Heat of the Sun", en wat mij betreft het hoogtepunt van de plaat "Backwater Blues". Het intro van het nummer doet authentiek aan, zoals delta blues hoort te zijn. Daarna ontpopt het nummer zich in een voortstuwende bluesrocker. Kortom: puike plaat van een uitstekende gitarist.

zaterdag 23 juni 2012

The Black Crowes - Before The Frost... Until The Freeze (2009)


The Black Crowes kiezen op "Before The Frost... Until The Freeze" voor een bijzondere aanpak. Gedurende vijf avonden werden nieuwe nummers live gespeeld en opgenomen voor een klein publiek. Dus geen studiobewerkingen of andere rare fratsen. Er wordt geen oud materiaal gespeeld, maar uitsluitend nieuwe composities.  Hierdoor krijgt "Before The Frost... Until The Freeze" de sfeer van een intiem concert. De nummers zijn opgenomen in de Levon Helm studios in Woodstock, New York. Terugkijkend is dit extra speciaal, aangezien de gelijknamige drummer en zanger van The Band eerder dit jaar overleed. 




Zanger Chris Robinson verwoorde het als volgt: “I think we fulfilled a musical commitment to continue on the golden road of artistic independence. Approaching 20 years into our careers, we still are ambitious enough to push ourselves to create something unique that we have never done before.


De gekozen aanpak van The Black Crowes komt inspirerend over. De nummers zijn goed gestructureerd. Toch klinkt het allemaal losjes, nergens geforceerd en altijd die kenmerkende Black Crowes groove. De refreinen zijn catchy, de solo's meeslepend, de ene keer rockend, de andere keer ingetogen. Tevens weten The Black Crowes een heerlijke laid-back en easy-going ambiance te creeëren.


Met "Before the Frost... Until The Freeze" keren The Black Crowes wat mij betreft terug naar het niveau van hun eerste drie a vier platen. Zoals ik hier al eerder heb betoogd is de muziek doordrengt met een blues en soul sausje. Met de toevoeging van lead gitarist Luther Dickinson (van o.a. North Mississippi Allstars) gaan de Crowes er zeker niet op achteruit. In 2008 en 2009 heb ik de band live mogen aanschouwen in de HMH en Luther steelt de show met zijn mooie gitaarspel. Uiteraard levert Rich Robinson met zijn aanstekelijke riffs nog steeds de basis. Er is wel een beetje een vreemde eend in de bijt, en dat is het disco-achtige nummer "I Ain't Hiding". Toegegeven het nummer swingt en de gitaarsolo is mooi, maar het past a) niet bij The Black Crowes en b) het is ook een sterk contrast met de rest van de nummers op deze plaat. Daarentegen bestaat de rest van de plaat uit bijna alleen maar hoogtepunten, maar wat mij betreft zijn "Been a Long Time (Waiting on Love) en de ballad "The Last Place That Love Lives" mijn favorieten. De eerste om het geweldige instrumentale stuk aan het einde, met een hoofdrol voor Luther. De tweede om zijn eenvoud en ingetogenheid, maar zo oprecht. 


De bonus cd (download) "...Until the Freeze" is meer dan de moeite waard, maar is meer country georiënteerd, en heel stiekem misschien nog wel mooier. Als je de LP koopt zijn beide albums in een ander volgorde geplaatst, waardoor "Before The Frost... Until The Freeze" een mooi samenhangend geheel vormt.

woensdag 20 juni 2012

Robert Johnson - King of the Delta Blues Singers (1961)

Robert Johnson is niet de uitvinder van de blues, maar zijn invloeden zijn onmiskenbaar en hij is wel verantwoordelijk voor de vorm die de blues uiteindelijk heeft gekregen. Johnson presteerde het door delta blues te mengen met andere bluesstijlen, waardoor hij een voorbeeld werd voor vele blueszangers- en gitaristen. Dit is des te opmerkelijker, omdat Johnson slechts 27 jaar oud werd en een beperkt aantal nummers (zo'n twingtigtal) heeft nagelaten in maar twee opnamesessies. Zijn levensverhaal is omgeven met mystiek en dat draagt bij aan zijn legendarische status.




Johnson wordt geboren op 8 mei 1911 als Robert Leroy Johnson te Hazlehurst in de staat Mississippi van de Verenigde Staten. Net als vele met hem bracht hij een groot deel van zijn leven door op een plantage. Daar leerde Johnson de bluesharmonica spelen. Maar het was zijn grote wens om gitaar te leren spelen. Dit laatste lukte hem in zeer korte tijd. Deze prestatie is de basis van het mythische verhaal dat Robert Johnson zijn ziel zou hebben verkocht aan de duivel in ruil voor het beheersen van de gitaar. Het verhaal gaat dat Johnson naar een kruispunt zou zijn gegaan om daar gitaar te spelen. Om middernacht zou hij zijn benaderd door een grote donkere man die Johnson zijn gitaar afpakte, hem stemde, en het in ruil voor zijn ziel teruggaf, waarna hij perfect zou kunnen gitaarspelen. De betreffende man zou de duivel zijn. Dit verhaal is voor eeuwig vastgelegd in "Cross Road Blues", zoals die ook is te vinden op "King of the Delta Blues Singers".

Robert Johnson's erfenis is het gevolg van twee opnamesessies uit 1936 en 1937. "King of the Delta Blues Singers" bevat een compilatie van die opnamen. Van de zestien tracks stammen er twaalf uit 1936. De overige vier komen uit de tweede opnamesessie uit 1937. Naast "Cross Road Blues" zijn er nog twee andere tracks die verwijzen naar het verhaal over de duivel en het verkopen van zijn ziel. De tracks "Me and the Devil Blues" en "Hell Hound on My Trail" zorgden ervoor dat Johnson de banvloek kreeg van de Kerk, vanwege het aangaan van een pact met de duivel in ruil voor talent.

"King of the Delta Blues Singers" is misschien wel de meest pure, rauwe en tegelijkertijd meest intense en angstaanjagendste blues die ik heb gehoord. Enerzijds sleurt Johnson je mee naar de Mississippi Delta waar hij je een inkijkje geeft in het erbarmelijke leven van de zwarte man in een door blanken gedomineerde maatschappij. Daarnaast weet Johnson te provoceren door tegen de gevestigde orde te schoppen (de Kerk) en is hij zich zeer bewust van de legende die hij is. Zijn gitaartechniek is moeilijk uit te leggen. Op de een of andere manier creeërt hij in zijn eentje ritmische doorrollende gitaarpatronen. Eric Clapton heeft ooit verklaard dat hij in zijn eentje niet het geluid van Johnson kan reproduceren. Hij heeft daar altijd een tweede gitarist voor nodig, aldus Slowhand zelf. Dit geeft wel aan hoe uniek en complex het gitaarspel van Johnson moet zijn, ook al klinkt dat op het eerste oor niet direct zo. Speelt hier dan toch een duivelse invloed een rol?

Robert Johnson sterft op 27 jarige leeftijd op 16 augustus 1938 in Three Forks, Mississippi. Ook zijn dood is uitermate dubieus. Hij zou na een van zijn optredens whiskey hebben gedronken die zou zijn vergiftigd door een jaloerse echtgenoot van een van zijn scharrels (Johnson was wat dat betreft geen heilig man). Zijn muziek, het verhaal erachter en alle omstandigheden tezamen maken Robert Johnson een historische, spannende en mysterieuze man. Los van dat alles blijft het een feit dat Johnson de vormgever is van de blues en daarmee medeverantwoordelijk is voor hoe de hedendaagse muziek vorm heeft gekregen. Iedere keer als ik een nieuwe hype hoor in muziekland, dan luister ik naar "King of the Delta Blues Singers" en wordt alles in een klap weer in perspectief geplaatst.