zondag 30 december 2012

Eindejaarslijstje 2012

Het jaar 2012 nadert zijn einde en dat betekent naast de bekende feestdagen, terugkijken, vooruitkijken en goede voornemens ook weer de onvermijdelijke eindejaarslijstjes. De beste albums van 2012? Dat is voor iedereen natuurlijk verschillend, maar elk zichzelf respecterend muziekmagazine publiceert wel zo'n lijstje. Zo ook Blues for the Lost and Found. Ik beperk me tot mijn tien favoriete albums van 2012.

Ik vind dat 2012 een divers muzikaal jaar is geworden. Mijn top tien beperkt zich dan ook niet tot alleen de blues. Ik ben een muziekliefhebber met een brede smaak, dus mijn favorieten van 2012 bevatten niet alleen invloeden uit de blues (uiteraard), maar ook rock, soul, country & roots. Dit jaar hebben een aantal van mijn favoriete artiesten een album uitgebracht (Ian Siegal, Joe Bonamassa), er zijn verrassende nieuwkomers te bespeuren (Heritage Blues Orchestra, Phantom Limb), grote namen hebben hun comeback gemaakt (Van Halen, Dr. John), anderen hebben hun krachten gebundeld (Black Country Communion en David Hidalgo, Mato Nanji en Luther Dickinson) en er zijn er die hun vaste bands tijdelijk vaarwel hebben gezegd en nieuwe en/of andere wegen zijn ingeslagen (Chris Robinson van The Black Crowes en Richie Sambora van Bon Jovi).

Ik heb de artiesten eigenlijk al weggegeven en over sommige heb ik ook al eens geschreven, maar hieronder zal ik mijn favoriete tien platen bespreken. Het is een volkomen arbitraire opsomming, maar wie weet kan ik jullie lezers nog eens verrassen of inspireren tot het ontdekken van nieuwe muziek.


Ian Siegal & The Mississippi Mudbloods - Candy Store Kid
Net als op zijn vorige plaat "The Skinny" heeft Ian Siegal op "Candy Store Kid" weer een aantal Amerikaanse bluesmuzikanten om zich heen verzameld. De samenstelling is echter net even anders. Cody Dickinson en Alvin Youngblood Hart zijn weer van de partij, maar de belangrijkste toevoeging is toch wel die van gitarist Luther Dickinson (broer van Cody). Op "The Skinny" heeft Siegal zijn band gedoopt tot The Youngest Sons, op "Candy Store Kid" gaan ze door het leven als The Mississippi Mudbloods. De eerste vijf nummers klinken als vertrouwd, die typische broeierige en zompige blues waar we Ian Siegal van kennen. Op een aantal tracks horen we achtergrondzangeressen, en deze toevoeging versterkt het soulgevoel van deze plaat. Op de tweede helft van de plaat verkent Ian Siegal de grenzen van de blues. Invloeden uit de country en Americana worden duidelijk hoorbaar. Luther Dickinson is een van mijn favoriete gitaristen van deze generatie. Zijn geluid is warm en gloedvol en zijn techniek is ongeëvenaard. Voeg daar het dreigende gitaarspel van Ian Siegal aan toe en je hoort op "Candy Store Kid" een onweerstaanbare combinatie.


Van Halen - A Different Kind of Truth
Veertien jaar na hun laatste studioplaat en achtentwintig jaar na hun laatste plaat met originele zanger David Lee Roth komt Van Halen in 2012 met "A Different Kind of Truth". Met de terugkeer van Roth achter de microfoon klinkt "A Different Kind of Truth" als Van Halen in hun begintijd. Bassist Michael Anthony heeft inmiddels plaatsgemaakt voor Eddie van Halen's zoon Wolfgang. David Lee Roth typeerde deze samenstelling als three parts original and one part inevitabel. Dan het album: "A Different Kind of Truth" klinkt als classic Van Halen. Het gitaarspel van Eddie Van Halen blijft volstrekt uniek en herkenbaar, en hij staat daarmee wat mij betreft op eenzame hoogte in de rockmuziek. De drums en ritmes van Alex Van Halen in combinatie met het groovende basspel van Wolfgang Van Halen zorgen voor een fantastische ritmesectie. David Lee Roth is niet de beste zanger, maar zijn humor, zijn houding en zijn uitstraling zijn net zo belangrijk voor deze band als de gitaarcapriolen van Eddie Van Halen. De combinatie Roth en Eddie Van Halen haalt het beste in beide grootheden naar boven en maakt dat Van Halen met "A Different Kind of Truth" alle critici de mond snoeren. The mighty Van Halen is back!


Black Country Communion - Afterglow
Waar ik bij de vorige twee platen van Black Country Communion moeilijk een keuze kon maken welke ik beter vind, heb ik dat bij "Afterglow" niet. Deze, alweer derde, plaat van Black Country Communion is in mijn ogen hun beste tot nu toe. Op "Afterglow" vallen alle puzzelstukjes op hun plaats en combineert het mijn inziens het beste van debuutplaat "Black Country Communion" en opvolger "2". Waar Glenn Hughes een dikke vinger in de pap heeft als het om het componeren gaat, geeft hij Joe Bonamassa, Derek Sherinian en Jason Bonham ook voldoende ruimte om input te leveren op de liedjes.  Het gevoel van een echte bandplaat komt dan direct bij me op. Ik hoor geweldige refreinen die je niet meer los kunt laten. Hughes en Bonamassa delen incidenteel de vocalen en dat mogen ze wat mij betreft vaker doen. Hun stemmen passen goed bij elkaar en geeft de muziek nog meer diepgang. Natuurlijk is het gitaarspel van Joe Bonamassa weer om van te smullen. Met het grootste gemak strooit hij met onweerstaanbare en originele riffs en speelt hij mooie en intense solo's die vooral donker en warm klinken. De laatste vier tracks zijn van ongekende klasse. Een betere afsluiting kan ik me niet wensen, want "Afterglow" is het voorlopige hoogtepunt van Black Country Communion.


Heritage Blues Orchestra - And Still I Rise
"And Still I Rise" is een van de meest verrassende bluesreleases van de laatste jaren. Deze plaat combineert zo'n beetje alle invloeden uit de muziekgeschiedenis van het zuiden van Amerika. "And Still I Rise" staat boordevol worksongs, spirituals, traditionals, bezwerende gospel en de ritmes van de delta blues en de Mississippi Hill Country. Vele verschillende stijlen komen voorbij, en toch klinkt het geheel erg samenhangend. De samenzang is prachtig, warm en diep. Er wordt zelfs a capella gezongen. Dit gezelschap (bestaande uit twee mannelijke en een vrouwelijke stem, twee gitaren en een vijfkoppige blazerssectie) bewijst dat authentieke blues en rootsgeluiden anno 2012 nog steeds urgent kunnen klinken!


Chris Robinson Brotherhood - Big Moon Ritual
Nadat The Black Crowes een pauze van onbepaalde tijd afkondigden hebben de gebroeders Robinson niet stilgezeten. Rich Robinson bracht al een soloplaat uit en nu is er dan "Big Moon Ritual" van Chris Robinson. Chris heeft een aantal uitstekende muzikanten om zich heen verzameld en heeft daarmee zijn Brotherhood compleet. Het geluid op "Big Moon Ritual" is niet heel vernieuwend ten opzichte van de laatste jaren van The Black Crowes. Chris Robinson is altijd de spirituele meer psychedelische factor geweest in The Black Crowes en die kant heeft hij verder uitgebouwd met zijn Chris Robinson Brotherhood. De zeven tracks zijn een herleving van de jaren 60 en 70 en laten een psychedelisch rockgeluid horen, waarbij de muziek centraal staat en alle bandleden de ruimte krijgen om te excelleren. Robinson heeft dan ook lak aan de radioconventie van liedjes van maximaal drie a vier minuten. De kortste track op "Big Moon Ritual" is zeven minuten en de albumopener klokt gelijk bijna twaalf minuten. Ondanks de lengte wordt het nergens saai. De Chris Robinson Brotherhood maakt mooie lang uitgesponnen muzikaal spannende tripjes, waarin je jezelf heerlijk kan verliezen.


Joe Bonamassa - Driving Towards the Daylight
Daar is ie weer, Joe Bonamassa met alweer een nieuwe plaat. Kort na zijn vorige soloplaat, zijn samenwerking met Beth Hart en zijn project Black Country Communion (zie hierboven) presenteert Joe Bonamassa nu "Driving Towards the Daylight". En het is wederom een geweldige plaat geworden.  Op "Driving Towards the Daylight" laat Bonamassa een iets harder geluid horen dan op zijn vorige soloplaat "Dust Bowl". Er staan wat minder slowblues nummers op. Aan de andere kant zijn het ook niet allemaal stevige rockers, maar vooral midtempo nummers met een ongekend bluesgevoel eronder. Op deze plaat laat Joe Bonamassa zich wederom bijstaan door een groep uitstekende muzikanten. Met sommige heeft hij al eerder samengewerkt, anderen zijn nieuw, bijvoorbeeld Aerosmith gitarist Brad Whitford. Hierdoor blijft Joe scherp en levert hij keer op keer een klasseplaat af. Het gevoel van deze plaat verwoord Joe het beste in het openingsnummer: all I need is my old guitar, to play you the best damn blues. En zo is het maar net, niets meer en niets minder.


Phantom Limb - The Pines
Ik lees veel vergelijkingen tussen Alabama Shakes en Phantom Limb. Aan de ene kant vind ik dit begrijpelijk, aangezien het allebei bands betreft die worden aangevoerd door een donkere zangeres met een flinke portie soul in haar strot, bijgestaan door uitstekende (blanke) mannelijke muzikanten. Aan de andere kant vind ik de vergelijking kant noch wal slaan. Waar Alabama Shakes het vooral moet hebben van de rauwe soul energie kiest Phantom Limb voor een op roots en country gebaseerde aanpak die een stuk ingetogener klinkt. Begrijp me niet verkeerd, ik vind Alabama Shakes geweldig en de energie werkt aanstekelijk, maar uiteindelijk gaat mijn voorkeur toch uit naar Phantom Limb. Hun interpretatie van country, roots en soul is harmonieus, melodieus en van engelachtige schoonheid. Ja het klinkt allemaal wat gelikter, maar so what, dit is echt bloedstollend mooi. Gastmuzikant Greg Leisz steelt bij tijd en wijlen de show met zijn fantastische pedal steel gitaarspel en naast de prachtige stem van de zangeres ook graag speciale aandacht voor het bloedmooie piano en overig toetsenwerk. Met "The Pines" stoomt Phantom Limb op de valreep mijn eindejaarslijstje binnen.


David Hidalgo, Mato Nanji & Luther Dickinson - 3 Skulls and the Truth
Via een Spotify playlist stuitte ik bij toeval op deze plaat. Mijn interesse werd met name gewekt door Luther Dickinson. Niet alleen bij zijn eigen band North Mississippi Allstars, maar ook zijn lead gitaar kunsten bij The Black Crowes en zijn recente bijdrage aan de laatste plaat van Ian Siegal (zie hierboven) bewijzen dat Dickinson uniek is in zijn soort qua klank en techniek. Ook op "3 Skulls and the Truth" steelt hij wat mij betreft de show met zijn warme, diepe, donkere bluesklanken en intens slide gitaarspel. Maar ook de andere twee gitaristen mogen er wezen. David Hidalgo van Los Lobos en Mato Nanji van Indigenous leveren een buitengewone prestatie. Deze beide heren voegen de rock nuances toe aan het geluid van "3 Skulls and the Truth". Ook vocaal wisselen de heren elkaar af en doen ze niet voor elkaar onder. Het gevaar bij een dergelijke plaat is de overdaad. Maar de songs zitten goed in elkaar, de heren geven elkaar de ruimte en het gitaarspel is variërend genoeg om overdaad te voorkomen. De nummers zijn van aanzienlijke lengte, dus deze plaat is een genot voor het oor en de liefhebbers van in blues doordrenkte rock komen ruimschoots aan hun trekken. De algehele sfeer heeft wel iets weg van de zompige moerasblues zoals vergelijkbaar op het album "Hernando" van North Mississippi Allstars. Deze plaat is voor mij genieten van begin tot eind en eindigt daarom terecht in mijn eindejaarslijstje.


Dr. John - Locked Down
Dr. John laat de typische New Orleans sound herleven op "Locked Down". Dr. John borduurt overduidelijk voort op zijn karakteristieke platen uit het begin van zijn carrière, maar de productie van Dan Auerbach (The Black Keys) doet het geheel modern en fris aan doen. De invloeden van Auerbach zijn overduidelijk en doet je ook direct denken aan The Black Keys. Dat is nergens storend, althans niet voor mij, want het geluid van The Black Keys (en dan met name op hun plaat "Brothers") vind ik fantastisch. En juist dat geluid, die donkere soul en vuige blues, aangevuld met de hypnotiserende voodoo achtige vibe, warme blazers en indringend toetsenwerk maken van "Locked Down" een broeierige beleving. De donkere krochten van New Orleans openbaren zich op deze plaat en het klinkt verslavend en meeslepend. "Locked Down" is een meer dan geslaagde comeback van Dr. John en wederom een bevestiging van de status van Dan Auerbach als producer/muzikant.


Richie Sambora - Aftermath of the Lowdown
Een luisterbeurt van "Aftermath of the Lowdown" is voor mij voldoende om vast te stellen dat de derde soloplaat van gitarist Richie Sambora wederom een voltreffer is. Sambora, het meest bekend van zijn rol als gitarist bij Bon Jovi, is in mijn ogen altijd een onderschatte en ondergewaardeerde gitarist geweest. Onterecht, want op zijn soloplaten laat hij horen dat hij tot de absolute wereldtop behoort. Waar Sambora op zijn vorige twee soloplaten (met name zijn eerste) een bluesgeluid laat horen, kiest hij op "Aftermath of the Lowdown" voor een frisse moderne rocksound. Sambora is naast een fantastische gitarist ook nog eens een geweldige zanger en liedjesschrijver. Op deze plaat schrijft Sambora alle frustraties, verdriet en ellende van de afgelopen jaren van zich af en dat resulteert in verzameling mooie liedjes. Soms is het productietechnisch iets te overdadig, maar het gitaarspel maakt alles goed. Overigens speelt Sambora als een herboren god op deze plaat. Het is lang geleden dat ik hem zo heb horen spelen. Zowel rhythm als lead, zijn gitaargeluid spat uit je speakers. Een ding is zeker: "Aftermath of the Lowdown" overstijgt en overtreft Richie Sambora alle Bon Jovi platen sinds "These Days" uit 1995.

Hiermee concludeer ik mijn volkomen subjectieve selectie van albums uit 2012. Volg ook mijn Spotify playlist voor een impressie van bovenstaande en andere albums. Ik kijk uit naar een muzikaal 2013 met mooie releases en concerten in het vooruitzicht. Blues for the Lost and Found wenst iedereen een gelukkig, gezond en muzikaal 2013 toe.



zondag 16 december 2012

Heritage Blues Orchestra - And Still I Rise (2012)

 "And Still I Rise" van Heritage Blues Orchestra is onbetwist een van de meest verrassende bluesreleases van de laatste jaren, en zeker van 2012. Deze plaat combineert zo'n beetje alle invloeden uit de muziekgeschiedenis van het zuiden van Amerika.

"And Still I Rise" staat boordevol worksongs, spirituals, traditionals, bezwerende gospel en de ritmes van de delta blues en de Mississippi Hill Country. Het hart van deze band wordt gevormd door Bill Sims op zang en gitaar, bijgestaan door zijn dochter Chaney op zang en Junior Mack op zang en gitaar. In totaal wordt Heritage Blues Orchestra gedreven door drie stemmen, twee gitaren en een vijfkoppige blazerssectie bestaande uit tuba, trombone, trompet, sax en harmonica.

Dit is wellicht de meest veelzijdige bluesplaat die ik de laatste jaren heb gehoord. Vele verschillende stijlen komen voorbij, en toch klinkt het geheel erg samenhangend. De samenzang is prachtig, warm en diep. Op "Go Down Hannah" en "Levee Camp Holler" wordt zelfs a capella gezongen. Kippenvel staat er op mijn armen. Op "Get Right Church". waan je jezelf in een echte gospelkerk. De intro van die song is zo mooi met dat authentieke gitaargeluid. "Don't Ever Let Your Spirit Down" is een cover van Eric Bibb die de Heritage Blues Orchestra met het grootste gemak naar haar hand zet. Tenslotte is de epische afsluiter "Hard Times" een ongekend hoogtepunt. De song begint langzaam, dreigend en broeierig. In het midden klinkt een instrumentaal intermezzo om naar het eind toe los te barsten in een stuwende en groovende vloed aan hoogstaande blues.

Het optreden van Heritage Blues Orchestra was een van de absolute hoogtepunten van North Sea Jazz 2012. Met "And Still I Rise" hebben ze wat mij betreft al een kleine klassieker in de hedendaagse blues afgeleverd. Dit gezelschap bewijst dat authentieke blues en rootsgeluiden anno 2012 nog steeds urgent kunnen klinken!

zondag 2 december 2012

Blind Faith - Blind Faith (1969)

Clapton lijkt patent te hebben op "supergroepen". Na Cream vormde hij met Steve Winwood, Ginger Baker en (de minder bekende) Ric Grech de fantastische band Blind Faith. Daarna vormde Clapton ook nog het fenomenale Derek and the Dominos (hoewel niet strikt genomen een supergroep, maar Eric Clapton en Duane Allman in een band vind ik toch behoorlijk "super").

Helaas bleef de samenwerking met de bandleden van Blind Faith beperkt tot slechts een album. Maar wat voor een plaat zeg! Allereerst is de hoes natuurlijk al legendarisch (of je hem nu mooi vindt of niet). Los van de muziek deed de hoes al de nodige stof opwaaien.

Dan de muziek: weergaloos! Dit album bevat enkele klassiekers zoals natuurlijk "Had to Cry Today", "Can't Find my Way Home" en "Presence of the Lord". Clapton is in topvorm. De openingsriff van "Had to Cry Today" is fantastisch en zuigt je meteen de plaat in om je niet meer los te laten. De wah-wah solo in "Presence of the Lord" is een absoluut hoogtepunt. De toetsen van Steve Winwood zijn mijn inziens een echte aanvulling op het gitaargeluid van Eric Clapton. Persoonlijk heb ik niet zoveel moeite met de stem van Steve Winwood, al vind ik Clapton's stem mooier. De ritmesectie zorgt ervoor dat het plaatje compleet is. De Heren Grech en Baker mogen zich uitleven in de jam "Do What You Like". Ik vind dit niet het hoogtepunt van de plaat, maar ik erger me er evenmin aan.

"Blind Faith" is een klassieker die niet mag ontbreken in de collectie van elke Eric Clapton fan. Daarnaast is het een must voor elke muziekliefhebber. Zulke legendarische platen worden helaas nog maar zelden gemaakt. Tijdloze klasse!