zondag 8 april 2012

Junior Wells - Hoodoo Man Blues (1965)

"Hoodoo Man Blues" is een klassieker in de Chicago Blues. Dit is des te opmerkelijker als je beseft dat deze plaat het debuutalbum is van Junior Wells. Voor een beginnende artiest kreeg Junior Wells bijna volledige artistieke vrijheid bij de totstandkoming van deze plaat. Dit had hij te danken aan Bob Koester, oprichter van Delmark Records. Hij was dermate onder de indruk van Junior Well's muzikale kwaliteiten dat hij het artistieke belang boven dat van de commercie stelde. Dit vertrouwen resulteerde in een voor die tijd innovatief bluesalbum.



Wat voor mij "Hoodoo Man Blues" speciaal maakt is dat Junior Wells met zijn band in staat is een ongekende spanning op te bouwen met een beperkt aantal akkoorden. En dat niet in slechts een paar nummers, maar gedurende het hele album. De band is overigens fantastisch en bestaat naast Junior Wells op zang en harmonica uit Jack Myers op bas, Bill Warren op drums en een jonge Buddy Guy op gitaar en zang.

Wat me opvalt aan het spel van Buddy Guy op deze plaat is dat er praktisch geen gitaarsolo is te horen. Dat is vrij uitzonderlijk voor de blues, waar de gitaar toch een prominente rol speelt. In het geval van "Hoodoo Man Blues" draagt het bij aan de spanning. Iedere keer als je denkt dat Buddy Guy een gitaarsolo gaat inzetten komt hij met een nieuwe riff, een ander ritme, een hook of een brug. Zijn spel is melodisch en in combinatie met het ingetogen, sfeervolle en warme harmonica geluid van Junior Wells geeft het deze plaat een broeierige en rokerige Chicago juke joint sfeer. Naast de technische klasse van de muzikanten is de timing ook grandioos. "In the Wee Small Hours of the Morning" is daar het mooiste voorbeeld van.

Gezien de klassieke status van deze bluesplaat gaan er opmerkelijke anekdotes rond over de totstandkoming van dit album. Een daarvan verhaalt dat de versterkers van Buddy Guy regelmatig dienst weigerden, waardoor zijn gitaar versterkt moest worden door een versterker die normaalgesproken voor een Hammond orgel werd gebruikt. Deze ongebruikelijke set-up schijnt bij te dragen aan de specifieke sound van deze plaat.

Een andere anekdote vind ik persoonlijk de mooiste. Zoals gezegd kreeg Junior Wells grote artistieke vrijheid en hij mocht dus ook zijn eigen muzikanten kiezen. Zijn keuze voor Buddy Guy lag gevoelig, omdat algemeen werd aangenomen dat Guy gelieerd was aan het concurrerende Chess label. Daarom werd Buddy Guy ten tijde van de eerste release niet bij naam genoemd op de credits, maar werd hij aangeduid als "Friendly Chap". Dit was een suggestie van Peter Brown (de latere oprichter van Down with the Game Records in Engeland), die later zijn suggestie als volgt verklaarde: "a buddy is a friend, a guy is a chap". Meer heb ik hier niet aan toe te voegen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten